Pensioen 123 Laag 2

De hoogte van uw pensioen staat niet vast (NAP)

De hoogte van uw pensioen staat niet vast

In de periode dat u begint met pensioen opbouwen en het moment dat u overlijdt, loopt uw opgebouwde pensioen allerlei risico’s. Die risico’s dekken we zoveel mogelijk af door buffers in te bouwen en voorzorgsmaatregelen te nemen.

Welke risico’s zijn er?

Van de volgende risico’s heeft elk pensioenfonds de meeste last:

  • Tegenvallende beleggingsresultaten: elke ingelegde euro moet voldoende aangroeien om in de toekomst de uitkeringen volledig te kunnen uitbetalen. Daarom beleggen we. Als het rendement op de beleggingen tegenvalt, zien we dat terug in de financiële positie van het fonds. Door de beleggingen te spreiden en bepaalde risico’s af te dekken, beperken we dit risico.
  • Lage rente die pensioenen duurder maakt: we rekenen uit hoeveel geld nodig is om alle pensioenen te kunnen betalen. Zowel de pensioenen van nu maar ook pensioenen die pas over tientallen jaren ingaan. Hoe lager de rente is, hoe meer geld we moeten hebben om later alle pensioenen te kunnen betalen. Ook dat is te merken aan onze financiële positie.
  • We leven langer met z’n allen: doordat we steeds ouder worden, hebben we meer geld nodig als pensioenfonds. Immers, we betalen het pensioen totdat iemand overlijdt. Als alle deelnemers van ons fonds iets ouder worden, moeten we meteen veel meer geld hebben. Natuurlijk proberen we ons hier goed op voor te bereiden, maar de levensverwachting is niet altijd goed in te schatten. Ook dat is te merken aan onze financiële positie.
  • Het inkooptarief staat niet vast. We berekenen de hoogte van het in te kopen NAP-pensioen onder andere aan de hand van de rente, het verwachte aandelenrendement en de levensverwachting. Als de rente wijzigt, kunnen de inkooptarieven aangepast worden. 
  • Het risico dat de prijzen stijgen, waardoor uw pensioen minder waard wordt. U kunt dan minder kopen met hetzelfde bedrag.

 

Wat merk ik zelf van de risico’s?

  • Uw pensioen groeit niet mee met de stijging van de prijzen. Het verhogen van uw pensioen met de stijging van de prijzen noemen we indexatie.
  • Uw pensioen moet naar beneden worden bijgesteld. Dit noemen we korten en gebeurt alleen als de financiële positie (lange tijd) niet goed genoeg.
  • U krijgt minder pensioen voor uw inleg omdat uw pensioen duurder wordt door de lage rente. 

U deelt deze risico’s met alle andere deelnemers binnen ons pensioenfonds.

Wat als het mee- of tegenzit?

Op de website www.mijnpensioenoverzicht.nl ziet u onder 'Als het mee- of tegenzit' een inschatting van uw pensioen als er in de toekomst mee- of tegenvallers zijn. U ziet een inschatting van uw totale pensioen, inclusief de AOW en verschillende scenariobedragen. Bij 'Bekijk jouw situatie' vindt u meer uitleg en een video over deze scenariobedragen. 

Doet u mee aan de Netto Aanvullende Pensioenregeling (NAP) dan ziet u deze regeling niet terug op MijnPensioenoverzicht.nl. Een inschatting van uw pensioen in deze regeling ziet u in Mijn NAP. 

Bent u al met pensioen?

Dan ziet u op www.mijnpensioenoverzicht.nl een inschatting van uw pensioen als er de komende 10 jaar mee- of tegenvallers zijn. U ziet deze inschatting vanaf het moment dat u AOW ontvangt. 

Wat is er nog meer van invloed op uw pensioen?

Er zijn ook andere factoren die invloed hebben op uw pensioen. De pensioenwetgeving kan veranderen waardoor u meer of minder op gaat bouwen. En ook persoonlijke keuzes en gebeurtenissen hebben invloed op uw pensioen. Zo zorgt het besluit om minder te werken ervoor dat u meteen minder pensioen opbouwt. Breng daarom regelmatig uw pensioen in kaart om te zien of u actie moet ondernemen. 

Hoe beschermen we ons pensioenfonds tegen risico’s?

Ons bestuur houdt de risico’s continu in de gaten om te zien of maatregelen nodig zijn. En zo ja, welke maatregel het beste past. Hierover brengt het bestuur elk jaar verslag uit in het bestuursverslag. Er zijn verschillende controles om er zeker van te zijn dat het bestuur niets over het hoofd ziet. Zo let bijvoorbeeld het Verantwoordingsorgaan op de beslissingen van het bestuur. 

Veelgestelde vragen

Vanaf 1 januari 2021 krijgt u voor dezelfde inleg minder NAP. U bouwt dan dus minder pensioen in de NAP op. Dit geldt alleen voor uw nieuwe inleg en niet voor de NAP die u al hebt opgebouwd.

De lagere rente gaat ook gebruikt worden voor de afkoop van uw NAP dat u hebt opgebouwd met de NAP-premies die u na 1 januari 2021 hebt ingelegd. De lagere rente geldt niet voor de afkoop van het pensioen dat u met uw NAP-inleg tot en met 31 december 2020 hebt opgebouwd.

Voor uw NAP-inleg kopen we een pensioen in. Bij het inkopen van uw pensioen houden we rekening met de rente, het verwachte aandelenrendement en de levensverwachting. Als de rente bijvoorbeeld stijgt, dan zal de inkoop van de NAP goedkoper worden en kan er dus voor dezelfde premie meer NAP worden ingekocht.

Ook bij uw keuze voor de eenmalige uitkering rekenen we vanaf 1 januari 2021 met de lagere rente en verwachte rendementen. Dit geldt alleen voor het deel van de uitkering van de NAP dat u hebt opgebouwd met uw inleg vanaf 1 januari 2021. 

Voor het deel van uw NAP dat u hebt opgebouwd tot 1 januari 2021 verandert de rekenrente niet. De eenmalige uitkering van dit deel kan jaarlijks wel veranderen door een veranderde levensverwachting.

Het pensioenfonds en KLM zijn officieel van elkaar gescheiden. Als KLM ophoudt te bestaan, blijft uw opgebouwde pensioen in de basisregeling en de NAP staan bij het pensioenfonds. Het wordt aan u uitgekeerd als u met pensioen gaat. De NAP kunt u ook eerder afkopen. Als KLM failliet gaat, dan bouwt u geen pensioen meer op. U werkt dan niet meer voor KLM en u betaalt geen premie meer. 

Als er sprake is van inflatie stijgen de prijzen van producten en diensten. Nadat de prijzen zijn gestegen, kunt u met dezelfde hoeveelheid geld minder kopen. 

Een voorbeeld: Stel dat u over 10 jaar 100 euro pensioen krijgt en de prijs van een brood stijgt naar 2 euro in 10 jaar. Dan kunt u met deze 100 euro over 10 jaar minder brood kopen dan nu. Wanneer  een brood nu gemiddeld 1,50 kost, dan kunt over 10 jaar met 100 euro evenveel brood kopen als met 75 euro nu.

Het verwachte eindresultaat

De invloed van de prijzen op wat u later kunt kopen met uw pensioen hebben we verwerkt in de inschatting. U ziet dus niet het bedrag dat u straks naar verwachting ontvangt, maar een inschatting van wat ervan overblijft als de stijging van de prijzen tot aan uw pensioen is meegerekend. Als de verwachting is dat de prijzen gaan dalen, is het bedrag (iets) naar boven bijgesteld. Dit geldt voor alle drie de bedragen.

Verder is rekening gehouden met de keuzes die u heeft gemaakt toen u uw pensioen liet ingaan.

  • Het verwachte pensioen is een inschatting van uw pensioen over 10 jaar. Er is op dit moment 50% kans dat uw pensioen lager uitvalt en 50% kans dat uw pensioen hoger uitvalt dan dit bedrag.
  • Bij de rechter pijl ziet u het bedrag waar u op uit lijkt te komen als het economisch erg meezit. De kans is op dit moment klein (5% van de ‘toekomstscenario’s) dat u uitkomt op een hoger bedrag dan het rechter bedrag.
  • Bij de linker pijl ziet u het bedrag waar u op uit lijkt te komen als het economisch gezien veel slechter gaat dan verwacht. De kans is op dit moment ook klein (5% van de ‘toekomstscenario’s’) dat u uitkomt op een lager bedrag dan het linker bedrag.

Het onderste bedrag

Het onderste bedrag is geen inschatting. Dit is het pensioen dat u tot nu toe heeft opgebouwd. Als u nu zou stoppen met het opbouwen van pensioen, is dit het bedrag dat u straks bruto per jaar gaat ontvangen, zolang u leeft. Op mijnpensioenoverzicht is dit bedrag berekend alsof u uw pensioen tegelijk laat ingaan met uw AOW.

Het verwachte eindresultaat

Bovenaan ziet u drie bedragen. Deze bedragen zijn een inschatting van het pensioen waarop u lijkt te gaan uitkomen in verschillende situaties. Een belangrijke aanname voor alle drie de bedragen is dat u blijft werken tot uw standaard pensioenleeftijd en pensioen blijft opbouwen binnen uw huidige pensioenregeling. Als u eerder stopt met werken, zal uw pensioen lager zijn. 

Er zijn heel veel verschillende ‘toekomsten’ (scenario’s) bedacht. In het ene toekomstscenario zit het mee wat betreft de rente, de beleggingen en de stijging van de prijzen. In een ander toekomstscenario zit het tegen. Alle pensioenfondsen en verzekeraars rekenen met dezelfde toekomstscenario’s. U ziet wat uw pensioen is in drie situaties.

  • Het verwachte eindresultaat ziet u in het midden bovenaan. Dit is het pensioen waar u op dit moment op uit lijkt te komen. Er is op dit moment 50% kans dat uw pensioen lager uitvalt en 50% kans dat uw pensioen hoger uitvalt dan dit bedrag.
  • Bij de rechter pijl ziet u het bedrag waar u op uit lijkt te komen als het economisch erg meezit. De kans is op dit moment klein (5% van de ‘toekomsten) dat u uitkomt op een hoger bedrag dan het rechter bedrag.
  • Bij de linker pijl ziet u het bedrag waar u op uit lijkt te komen als het economisch gezien veel slechter gaat dan verwacht. De kans is op dit moment ook klein (5% van de ‘toekomsten’) dat u uitkomt op een lager bedrag dan het linker bedrag.