ESG wet-en regelgeving: SFDR

SFDR

De Sustainable Finance Disclosure Regulation (SFDR) ziet er op toe dat wij als pensioenfonds transparant zijn over de mate waarin wij bij onze beleggingsbeslissingen rekening houden met ongunstige effecten op duurzaamheidsfactoren. Wij moeten daarbij laten zien:

  • in hoeverre we bij onze beleggingsbeslissingen ongunstige effecten op duurzaamheidsfactoren in aanmerking nemen;
  • in hoeverre we duurzaamheidsrisico’s integreren in ons beleggingsbeleid;
  • en hoe ons beloningsbeleid spoort met de integratie van duurzaamheidsrisico’s.

De SFDR werkt met classificaties van onze pensioenregeling die aangeven in welke mate onze pensioenregeling duurzaamheid tot doel heeft. Op die manier wordt transparant in welke mate uw pensioenfonds uw pensioenpremie duurzaam belegt. Er zijn drie classificaties: 

  1. De ‘grijze’ pensioenregelingen, ook ‘artikel 6’ genoemd, deze hebben geen  duurzame doelstelling en promoten geen ecologische of sociale kenmerken.
  2. 'Lichtgroene’ pensioenregelingen, ook ‘artikel 8’ genoemd, promoten duurzaamheidskarakteristieken.
  3. 'Donkergroene’ of ‘artikel 9’ producten, hebben duurzame beleggingen tot doel.

Onze pensioenregeling heeft met ingang van 1 januari een Artikel 8 classificatie. Deze classificatie past bij de stappen die het pensioenfonds het afgelopen jaar heeft gezet op het gebied van duurzaamheid. Zo promoot pensioenfonds KLM-Cabinepersoneel sociale en ecologische kenmerken van de pensioenregeling. Het pensioenfonds voert immers een duurzaamheidsbeleid waarin rekening wordt gehouden met de voorkeuren van deelnemers. Het beleggingsbeleid is voor een aanzienlijk deel ingericht naar de vier Sustainable Development Goals en duurzaamheidsdoelen die het pensioenfonds heeft gekozen. Zo is bijvoorbeeld de portefeuille aandelen ontwikkelde markten verduurzaamd en wordt binnen de LDI-portefeuille het vermogen in groene en sociale obligaties geleidelijk uitgebreid. Daarnaast wordt het uitsluitingenbeleid van het pensioenfonds toegepast op de gehele beleggingsportefeuille. 

De verwachting is dat in de komende jaren het deel van de beleggingen dat sociale en ecologische kenmerken promoot steeds verder wordt uitgebreid.  In de loop van 2024 zal het pensioenfonds voor het eerst cijfermatig gaan rapporteren over de ongunstige effecten van beleggingsbeslissingen op duurzaamheidsfactoren. 

Wij informeren u graag over de stappen die wij zetten op het gebied van duurzaamheid, maar willen daarbij benadrukken dat het fonds stapsgewijs bouwt aan meer duurzaamheid waarbij de doelstelling van een goed pensioen voor de deelnemer centraal blijft staan.    

Het pensioenfonds kiest in haar duurzaamheidsbeleid voor een rationele benadering: rendement is daarbij een hele belangrijke, maar geen absolute randvoorwaarde. Rendement uit maatschappelijk verwerpelijke beleggingen is niet acceptabel. Het pensioenfonds probeert dit te voorkomen door ook niet-financiële overwegingen expliciet mee te nemen in het beleggingsproces. Dit doet het fonds op basis van haar ESG-beleid. Daarmee komen de risico’s in beeld en kunnen we die ook beter vermijden. 

Het pensioenfonds houdt bij het nemen van beleggingsbeslissingen op basis van haar ESG-beleid rekening met de ongunstige effecten op de leefbaarheid van onze planeet en samenleving. Bijvoorbeeld als het gaat om het effect op klimaatverandering, waardig werk en verantwoorde consumptie en productie.

De ongunstige effecten van beleggingsbeslissingen op duurzaamheidsfactoren kunnen op dit moment helaas nog niet volledig cijfermatig worden onderbouwd. Dat komt omdat er, naar het oordeel van het pensioenfonds, nu nog onvoldoende gegevens beschikbaar zijn om de mogelijk ongunstige effecten goed te kunnen meten. We nemen ongunstige effecten alleen kwalitatief (dus niet cijfermatige onderbouwd) in aanmerking. Zodra er zicht is op de beschikbaarheid van betrouwbare gegevens en onderzoeken zal bekeken worden of de mogelijk negatieve effecten van beleggingen op duurzaamheidsfactoren, zoals klimaatverandering, waardig werk en verantwoorde consumptie en productie, beter berekend en vervolgens ook verder beperkt kunnen worden.