Interview

Het pensioenfonds op weg naar de nieuwe pensioenregeling

27 mei 2025

Er is een belangrijke mijlpaal behaald: het pensioenfonds heeft vastgesteld dat het de nieuwe regeling goed en evenwichtig kan uitvoeren, in het belang van alle deelnemers. Het fonds heeft het implementatieplan ingediend bij De Nederlandsche Bank om dit plan te beoordelen. Daarnaast heeft het fonds een transitiecommunicatieplan gemaakt waarin staat beschreven hoe we alle deelnemers informeren over de nieuwe pensioenregeling. De Autoriteit Financiële Markten gaat beoordelen of dit voldoet aan de wettelijke vereisten. De streefdatum voor de transitie is 1 januari 2026 en er is nog genoeg werk aan de winkel. Bestuursleden Selma Smit en Mark-Jan Boes maken de tussenbalans op, zo’n zeven maanden vóór de beoogde overgangsdatum. En ze leggen uit wat dat is, evenwichtigheid.

Nieuwe pensioenregels

Hoe doe je dat, zorgen voor evenwichtigheid? 
Selma Smit: ‘Je kijkt naar de verschillende effecten van de overgang naar de nieuwe regeling voor verschillende groepen deelnemers. Daarvoor passen we scenario’s toe van allerlei mogelijke maatschappelijke en economische ontwikkelingen. Daarbij berekenen we de effecten voor het te verwachten pensioen in de nieuwe regeling, en vergelijken we dat met de effecten in het huidige systeem. Het is niet zo dat die uitkomst voor iedereen gelijk is. We willen dat het nieuwe stelsel in een gemiddeld scenario voor alle deelnemersgroepen minimaal gelijkwaardig uitpakt.’

Mark-Jan Boes: ‘Het gaat daarbij niet alleen om hoeveel euro’s pensioen je krijgt, maar ook hoe zéker het is dat je ze krijgt. Jongere deelnemers moeten bijvoorbeeld nog tientallen jaren opbouwen, dus die hebben meer te maken met onzekerheid dan deelnemers die al met pensioen zijn. Dat kan betekenen dat je die jongere deelnemers nu wat meer meegeeft, zodat hun start in het nieuwe stelsel gelijkwaardig is. Want de overgang naar het nieuwe stelsel brengt juist voor die groep meer risico met zich mee.’

Een centraal begrip is ‘invaren’, het verdelen van het vermogen over de persoonlijke pensioenpotjes. Hoe heeft het pensioenfonds dat aangepakt?
Selma Smit: ‘Vooral heel zorgvuldig. Zo leggen we direct bij de start een buffer aan voor mindere tijden zodat we, als het economisch slecht gaat, veelal de pensioenen niet hoeven te verlagen. Deze buffer wordt ook wel de solidariteitsreserve genoemd. Ook compenseren groepen deelnemers voor wie de overgang naar het nieuwe stelsel net wat minder goed uitpakt. En wat er dan over is wordt als extra toebedeeld aan de persoonlijke pensioenpotjes. Kortom: we doen eerst wat we vanwege de nieuwe regels moeten doen, vervolgens doen we wat nodig is om nadelen weg te poetsen, en daarna doen we wat we kunnen om de persoonlijke pensioenvermogens te verhogen.’
 

Zo’n nieuwe stelsel moet ook uitvoerbaar zijn. Hoe pakt het pensioenfonds dat aan?
Mark-Jan Boes: ‘Het is voor onze systemen en processen natuurlijk een zware operatie en dat geldt zeker ook voor Blue Sky Group, onze uitvoeringsorganisatie. Dus we hebben dat zeer grondig voorbereid en we hebben er vertrouwen in. Op weg naar de transitie hebben we verschillende controle-momenten ingebouwd om te bepalen of we nog steeds op schema lopen. Zo kunnen we indien nodig tijdig bijsturen.’

Wat is nu de rol van De Nederlandsche Bank (DNB) en de Autoriteit Financiële Markten (AFM), de toezichthouders?
Selma Smit: ‘Die moeten de plannen goedkeuren die we recent hebben ingediend: het implementatieplan bij DNB en het transitiecommunicatieplan bij de Autoriteit Financiële Markten, de AFM. De toetsing door DNB is zeer streng en gedetailleerd. Om een idee te geven: we hebben een digitaal dossier ingediend van duizenden bladzijden.’

Mark-Jan Boes: ‘En bovendien: we zijn bezig met iets nieuws, de sector komt er al doende achter wat de beste manier is om het aan te pakken, en dat heeft dan weer geleid tot nieuwe eisen vanuit DNB. Dus tijdens de wedstrijd werden de spelregels veranderd. Dat maakte het extra ingewikkeld. Voor het transitiecommunicatieplan is het eenvoudiger: de AFM toetst alleen of dat voldoet aan de wettelijke eisen.’

Wat kunnen de deelnemers op het gebied van communicatie verwachten?
Selma Smit: ‘Hoe dichter we bij de transitiedatum komen, hoe duidelijker en concreter we kunnen worden. We verplaatsen ons steeds in de deelnemer: wat wil die weten, welke informatie heeft hij of zij nodig? Het Cabine Pensioenplein in oktober is bijvoorbeeld weer een belangrijk evenement. En het is extra belangrijk dat deelnemers (straks) ook goede begeleiding krijgen in de pensioenkeuzes die zij moeten maken. Denk aan op het juiste moment uit dienst gaan, eerder of later met pensioen gaan maar ook bij life events zoals huwelijk, partnerschap en echtscheiding. Dus die begeleiding gaan we intensiveren.’

Dé vraag van deelnemers is: hoeveel pensioen krijg ik straks?
Mark-Jan Boes: ‘Dat snappen we natuurlijk heel goed, maar we vragen toch om een beetje geduld. Het hangt af van de dekkingsgraad op het moment dat we overgaan. We zijn nu financieel gezond en we hebben beschermingsmaatregelen genomen, maar we leven in een instabiele wereld. Twee tot drie maanden voor de transitiedatum kunnen we een goede indicatie geven. Dat is dus in oktober of november, uitgaande van een transitie per 1 januari 2026. We zijn ervan overtuigd dat het nieuwe stelsel voordelen heeft, dat we het goed hebben voorbereid en dat we het aankunnen. Onze deelnemers willen graag een goed en stabiel pensioen. En dat is precies wat wij willen bieden.’

Blijf op de hoogte van de laatste ontwikkelingen
Op de webpagina Nieuwe pensioenregeling vindt u meer informatie over de aankomende stappen richting de nieuwe pensioenregeling. Ook vindt u hier antwoorden op veelgestelde vragen. De webpagina wordt regelmatig bijgewerkt met nieuwe informatie. Meld u aan voor onze digitale nieuwsbrief. Dit doet u gemakkelijk door deze keuze aan te vinken op MijnKLMPensioen. Zo bent u altijd op tijd op de hoogte.